WORKSHOP 5: Koken zonder potten lukt ook!
Bij koken denken we automatisch aan onze keuken en dus aan potten en pannen. De eerste potten in de prehistorie kennen we uit de tijd van de eerste boeren: de Nieuwe Steentijd. In het zuiden van Nederland 7.300 jaar geleden, maar in het noorden van Nederland arriveren de Swifterbantboeren zo’n 6.900 jaar geleden. Met andere woorden: tot de Nieuwe Steentijd kookte men zonder potten en pannen.
Over de Oude Steentijd is moeilijk iets te zeggen, maar vuurplaatsen waren er. Over de periode aan het einde van de Oude Steentijd, de periode van de rendierjagers, weten we meer. Als we kijken naar de arctische culturen: het is bekend dat de Inuit veel voedsel rauw aten. In de prehistorie kennen we ook haardkuilen waar op stenen is gegrild als een soort prehistorische barbecue. Op platte stenen werden vlees- en vismoten geroosterd en gebraden. In Nederland zijn vondsten van braadstenen bekend uit Oldeholtwolde en van het Holtingerveld. Als brandstof zijn bij Oldeholtwolde wilgentakken gebruikt. Vanaf de Middensteentijd zijn kookstenen in gebruik. Water werd aan de kook gebracht door kookstenen, heet gemaakt in een vuur, in het water van een leren container, een houten bak of een dierenmaag te leggen. Deze verbrande en gebarsten stenen zijn o.a. in Nieuwe Pekela gevonden.
In het vuur vinden we verbrande botten vanaf de Oude Steentijd. Met vuur kan op diverse manieren eten worden gekookt, gerookt, of gedroogd. Experimenten tonen aan dat klei, leem en stenen op diverse manieren kunnen worden gebruikt om voedsel te bereiden en (nog belangrijker) om voedsel te veranderen zodat het langere tijd goed blijft. Rechtstreeks, of ingepakt in leem, klei of bladeren kan voedsel in gloeiende as bereid worden. Kuilen met stenen laten het voedsel langzaam garen. Voedsel kan rechtstreeks op as worden bereid, of met behulp van een spit of rekje boven het vuur.
In de workshop komen de diverse manieren van het bereiden van voedsel aan bod: koken, roken, bakken en drogen. In de prehistorie namen taken meer tijd in beslag en dat zal merkbaar zijn tijdens de workshop. Aan het einde van de workshop kan je vuur maken, leer je hoe belangrijk rook en as zijn en bereid je op diverse manieren voedsel. Uiteraard is er tijd om te proeven.
ACTOR
Sabine van Wijk, medewerker Hunebedcentrum
PLAATS en BIJZONDERHEDEN
De workshop wordt in de Bronstijdboerderij gehouden. Maximaal 15 deelnemers. Uw kleding moet tegen een stootje kunnen.